vrijdag 22 november 2013

Taaltoerisme

Taaltoerisme. Op zich al een leuk woord. Ik voel me er door aangesproken, omdat ik in het buitenland altijd op zoek ben naar taaluitingen, binnen en buiten. Ik vind het leuk woorden te herkennen, ook in talen die ik helemaal niet spreek. Je zou kunnen zeggen dat ik, zeker in het buitenland, een beetje een dwangmatige lezer ben. Een soort taaltoerist dus.
Voor mijn verjaardag gaven de dochters mij het boek Taaltoerisme van Gaston Dorren. "Feiten en verhalen over 53 Europese talen". Heerlijk! Elke dag een hoofdstuk (meestal opgeschreven in de vorm van een column) gelezen en genoten.

De ene keer gaat het over het schrift: Turkije dat in 1928 van Arabisch schrift overgaat op Latijns schrift, terwijl de buurlanden Cyrillisch, Arabisch, Georgisch, en wat niet al schrijven.
Elders beschrijft Dorren aan elkaar verwante Slavische talen waarvan zelfs de naam van de taal een probleem kan zijn (Sloveens, Slovaaks met een voor niet-Slaven onontwarbare brij van benamingen van elkaars talen).
Het IJslands komt aan bod in een hoofdstuk met de titel: 1200 jaar oude stam praat het liefst met voorouders. Dat gaat onder meer over de oude woorden die IJslanders gebruiken voor nieuwe dingen (telefoon, computer). Fransen en Duitsers hebben ook wel die neiging, maar ze zijn er minder consequent in.
Ook het Nederlands wordt besproken, en wel als een taal die last heeft van geslachtsziekte. Want we zeggen bijvoorbeeld: Het meisje mocht kiezen wat ze wilde. Waar is de logica als je Nederlands moet leren?

Ooit, toen ik nog aan het bedenken was of en zo ja, wat ik zou gaan studeren, heb ik wel eens aan Algemene Taalwetenschappen gedacht. Het is anders gelopen. Maar als ik zo'n boek lees, dan bekruipt me toch het gevoel of ik niet...

1 opmerking:

Anoniem zei

hihi, maar je kan nu alsnog beginnen, tijd zat na je pensioen....toch?
liefs
Gerdien