dinsdag 13 november 2012

Woorden...


Gewoonlijk heb ik een hele stapel liggen met boeken die ik wil lezen. Als er een boek uit is, pak ik min of meer willekeurig een volgend boek uit de stapel. En soms pakt dat zo uit dat het precies aansluit bij een van de pas gelezen boeken of een andere ervaring.
Concreter gezegd:
Een tijdje geleden ben ik naar de uitvoering van de Götterdämmerung van Wagner geweest, door de Nationale Reisopera. Door het vuur van de brandstapel voor de held Siegfried vat ook het verblijf van de goden vlam. In de enscenering van de NRO wordt dat weergegeven door de projectie van een brandend rad op de achterwand van het toneel, dat steeds dichterbij komt.
Onlangs las ik Het verdriet van de engelen van de IJslandse schrijver Jón Kalman Stefánsson. Alweer zo'n prachtig boek uit IJsland! Het gaat over twee mensen, de postbode en een puberjongen, die dwars door de sneeuwstormen van april post moeten bezorgen. Een hachelijke onderneming. De oudere man is een zwijgzaam type. De jongen houdt van poëzie en stelt graag vragen. Steeds komt naar voren dat woorden kracht hebben, dat je ze niet zomaar moet gebruiken.
En dan pak ik uit mijn stapel Noodtoestand van André Brink. Een verhaal dat geschreven wordt terwijl Zuid-Afrika in brand staat. Bossen, townships, mensen, ze gaan in vlammen op. De schrijver zoekt naar mogelijkheden om een verhaal van een liefdespaar in dat brandende land op te schrijven. Hij probeert het soms op de ene manier, dan weer op de andere manier. Zoekend naar de goede woorden. Een van de motto's van dit boek is: Alleen in een verhaal ben je op deze wereld veilig (Athol Fugard).
Woorden, verhalen, verantwoordelijkheid van de schrijver, de grenzen tussen tekst en wereld.
Hoe gewone woorden misbruikt worden. Normaal is op dat moment in Zuid-Afrika de toestand dat de politiemannen in de townships kunnen doen en laten wat ze willen.
Of hoe woorden van hun etymologische betekenis zijn "afgedwaald": het Latijnse woord concludere, zwijgen, waarin ook het woord ludere, spelen, zit.
Na ruim 270 pagina's schrijft Brink dat hij het boek toch maar niet zal gaan schrijven…
Ik ben blij dat het in elk geval wel gedrukt is!

Geen opmerkingen: